Wanneer is een tekst goed? Hoewel de meningen daarover kunnen verschillen, zullen veel professionele tekstschrijvers verwijzen naar het ccc-model dat is ontwikkeld door Jan Renkema om toch iets over een tekstkwaliteit te kunnen zeggen. Deze schrijftips helpen jou op weg.
Voldoe aan de verwachtingen van jouw lezers
De eerste C staat voor correspondentie ofwel is er overeenstemming tussen wat jij als schrijver wil bereiken en de verwachtingen van je lezers? Daarom is het altijd belangrijk om je te verdiepen in je lezers. Hebben zij bijvoorbeeld voldoende voorkennis om jouw stuk te begrijpen? Zijn de argumenten die je aandraagt overtuigend voor jouw lezersgroep? Een goede tekstschrijver zal altijd zoeken naar een goede balans.
Tekstschrijvers zijn consequent
Wanneer je een tekst schrijft is het belangrijk om consequent te blijven. Spreek je bijvoorbeeld je lezers met ‘je’ aan dan is het niet verstandig om dit opeens in de tekst te veranderen in ‘u’. Ook de schrijfstijl die je kiest, moet je volhouden. Zo is het voor je lezer ingewikkeld om een stuk te lezen waarin formele en informele schrijfstijlen elkaar afwisselen. Consistentie is de tweede C van het CCC-model.
Teksten zonder spelfouten
In een goede tekst staan geen spelfouten en ook de tekstopbouw en grammatica zijn in orde. Een professionele tekstschrijver kent de regels voor zinsbouw, het plaatsen van leestekens en spaties en de spelling van het Nederlands. Kortom de tekstschrijver zal zijn tekst correct (de derde C van het CCC-model) schrijven.